Mogelijke behandelingen voor hartfalen
Na de diagnose kiest uw cardioloog de beste oplossing voor u. Uw behandeling kan dus afwijken van de hieronder voorgestelde therapie(ën) zoals:
-
een aangepaste levensstijl;
-
medicatie:
-
RAAS-remmer*: o.a. ACE-remmers en Angiotensine- II-remmers. Ze verwijden de bloedvaten en verlagen de bloeddruk;
-
bètablokker: verlaagt de hartslag en de bloeddruk;
-
plasmiddel: zorgt voor het afvoeren van overtollig vocht waardoor het hart minder hard hoeft te werken;
-
If-kanaal blokker: zorgt ervoor dat het hart minder snel gaat slaan;
-
ARNI**: verwijdt de bloedvaten en verlaagt de bloeddruk maar zorgt ook voor een grotere zout- en vochtafscheiding door de nieren en kunnen een gunstig effect hebben op de hartfunctie;
-
antistollingsmedicijn: vermindert de stolling van het bloed;
-
cholesterolverlager: verlaagt het cholesterol- gehalte in het bloed en beschermt de vaatwand;
-
calciumblokker: verslapt de spieren en verwijdt de bloedvaten;
-
nitraat: verwijdt de bloedvaten om zo het hart te ontlasten.
-
een inwendige defibrillator (ICD): een inwendig toestel dat levensbedreigende snelle hartritmestoornissen kan waarnemen en behandelen;
-
een cardiale resynchronisatietherapie waarbij een speciale ICD of pacemaker de hartkamers weer tegelijkertijd laat samentrekken.
*RAAS: renine-angiotensine-aldosterone systeem, ACE: angiotensine converterend enzym
**ARNI: angiotensine-receptor-neprilysine-remmer
Bron: Ponikowski P, et al. Eur Heart J. 2016;37:2129-2200.