Diagnose

Wat na de diagnose

van hartfalen?

Bij (vermoeden van) hartfalen zal uw cardioloog één of meerdere onderzoeken uitvoeren zoals:

  • een lichamelijk onderzoek;
  • een bloedonderzoek (BNP of NTproBNP voor het uitsluiten van de diagnose hartfalen);
  • een elektrocardiogram (ECG) die de elektrische activiteit van het hart meet en registreert;
  • een echocardiografie die veilig en pijnloos structurele afwijkingen van het hart opspoort;
  • door met een stift over de borstkas te bewegen wordt het hart door middel van van ultrasone (geluids)golven in beeld gebracht;
  • een radiografie: röntgenstralen of RX-stralen worden door bepaalde weefsels in het lichaam tegengehouden. Stralen die door het lichaam gaan, worden gebruikt om een beeld te maken van weefsels: het röntgenbeeld.
Download het informatiepakket

Mogelijke behandelingen voor hartfalen

Na de diagnose kiest uw cardioloog de beste oplossing voor u. Uw behandeling kan dus afwijken van de hieronder voorgestelde therapie(ën) zoals:

  • een aangepaste levensstijl;
  • medicatie:

    -  RAAS-remmer*:  o.a. ACE-remmers en Angiotensine- II-remmers. Ze verwijden de bloedvaten en verlagen de bloeddruk;

    -  bètablokker:  verlaagt de hartslag en de bloeddruk;

    -  plasmiddel:  zorgt voor het afvoeren van overtollig vocht waardoor het hart minder hard hoeft te werken;

    -  If-kanaal blokker:  zorgt ervoor dat het hart minder snel gaat slaan;

    -  ARNI**:  verwijdt de bloedvaten en verlaagt de bloeddruk maar zorgt ook voor een grotere zout- en vochtafscheiding door de nieren en kunnen een gunstig effect hebben op de hartfunctie;

    -  antistollingsmedicijn:  vermindert de stolling van het bloed;

    -  cholesterolverlager:  verlaagt het cholesterol- gehalte in het bloed en beschermt de vaatwand;

    -  calciumblokker:  verslapt de spieren en verwijdt de bloedvaten;

    -  nitraat:  verwijdt de bloedvaten om zo het hart te ontlasten.

  • een inwendige defibrillator (ICD): een inwendig toestel dat levensbedreigende snelle hartritmestoornissen kan waarnemen en behandelen;
  • een cardiale resynchronisatietherapie waarbij een speciale ICD of pacemaker de hartkamers weer tegelijkertijd laat samentrekken.

*RAAS: renine-angiotensine-aldosterone systeem, ACE: angiotensine converterend enzym

**ARNI: angiotensine-receptor-neprilysine-remmer

Bron: Ponikowski P, et al. Eur Heart J. 2016;37:2129-2200.